Zie https://www.dscdongen.nl/partijen/141-experiment-correspondentieschaak/1472-philippe-jeroen-vriendschappelijk-correspondentieschaak-partij-2 voor deze spannende partij en de net gespeelde zet 26. Pf5
Een partij waar ik, Philippe, met zwart nogal van baalde na afloop. Wit nam al veel tijd voor de opening, omdat hij mijn 5...Pb6 niet kende. Echter, voor mij was de opening precies gelijk aan Engels met zwart e5 Pf5 en d7-d5, waarin ik me thuis voel, met dit verschil voor wit: e4 ipv c4. Wit ging belabberd staan, zwart kreeg de positie van een prachtige aanval maar maakte hem niet af. Ik ging mijn structurele fouten na: te slome en verkeerde inzet van lichte stukken, met name het paard. Hier gaan we:
17...Lc6 was beter geweest, evenals
22....Lc6
24....Pxc2
29....Pb4
32....Pd6
40....Pxb5
De paardmissers op zet 24 29 en 32 waren allemaal in de aanval! Les: zet bij aanval je paard zo snel mogelijk in, zeker bij ongelukkige stand van stukken tegenstander, daarna loper (in die volgorde). De paardmisser op zet 40 kostte de winst, 40...Pxb5 had gewonnen. Ik had met zwart toen nog 3 minuten, wit 1, het was te ontdekken geweest. Troost is dat wit elo 2073, maar toch, gezien de zwarte overmacht had ik graag gewonnen. Leerpunt aanvalsvoering! Philippe 2 feb 2019
Door Thijs met zwart zeer sterk gespeelde partij; niet alleen solide, maar ook actief. Ontsierend is dat wit op de 34e zet een stuk had kunnen winnen - beiden hadden het niet gezien. Remise.
Wit/Philippe dacht hier erg lang om een ambitieus plan te bedenken, nadat wit op zwarts Benoni-uitnodiging 1...c5 een anti-Benoni speelde en zwart er een draak van maakte, zonder aanknopingspunten voor wit. Bedoeling van tekstzet 7. De2 was 'uitlokken' Te8 om via Lc4 en Pg5 f7 aan te vallen en alsnog e6 of d5 uit te lokken, maar dit duurt te lang, en het gebrek aan eigen pion op e4, de dame op e2 vis-a-vis Te8 en de vork-positie van d3 en f3 kostten wit weer sloten van tijd om de dame om te spelen....Na 12 zetten had wit al 49 minuten verbruikt en 41 minuten over tot de 40e zet. 'In dat licht' was wit tevreden niet geblunderd te hebben in deze partij.
21. Pxe6+ Wit heeft geen geduld en wil zich er doorheen offeren. Verzuchtingen van de witspeler (MvdB) op dat moment duidden ook op meer, en nu er toch gelachen werd merkte Philippe op: 'Zeker stap 7 ?!?'. Na onnodig verlies van pion d4 later, is het voor zwart 'chicken in the basket'. Als wit in een volgende partij wil winnen met wit, moet denk ik de oplossing gezocht worden in: een ingewikkelder opening kiezen dan ruilvariant Caro-Kann....zwart (Roelant) bouwde een vesting op waarin hij zich wel thuis voelde.
Fraaie aanvalsvoering van wit, na originele openingsopzet met f3, terwijl zwart verzuimt tegenspel te ontwikkeling en Lc8 en Ta8 de hele partij buiten spel blijven bij tegengestelde rokkades.
Na afloop baalde Philippe van de witte stonewall en bedacht hij hoe structureel tegen een stonewall te spelen - http://philippe.fun/docs/How-to-play-against-a-white-or-black-stonewall.pdf - commentaar welkom!
Eindspelstudie door Maarten van der Burght (opmerking: de losste stellingsdiagrammen worden nog door Maarten aangeleverd) - uit de wedstrijd Baronie 2 - DSC 1 - Dick Straathof - MvdB
“Zou dat niet iets zijn om op de website te zetten ?”: zei Philippe tegen mij na mijn partij bij de Baronie. En hoe meer ik over zijn vraag ging nadenken, des te meer ik dacht: ja, eigenlijk is dat wel een goede. Want wie weet er nou bij DSC veel af van het eindspel ? Ik in ieder geval ook niet, maar ik weet wel een paar principes. En met die paar principes kom je, zoals tegen de Baronie, nogal eens een heel eind.
Hier de onderbreking !
Ik heb samen met mijn grote vriend Fritz deze partij geanalyseerd en de principes heb ik vooral uit de stappenmethode en zelfs van Chessmaster. We komen er in op de 31e zet.
Ik heb de laatste 6 zetten in het toreneindspel tevergeefs een zwakte proberen te maken en ga nu verder naar het lopereindspel. Philippe zei later tegen mij, dat hij er nu nog niets in zag. Mijn grote vriend Fritz gaf hem gelijk, maar de stappenmethode niet. Mijn koning staat namelijk al dichter bij het centrum en kan dus misschien de stelling van wit binnen kruipen.
Principe nr.1: Activiteit van je stukken is het belangrijkste in zo’n stelling: blijf actief spelen, als je verdedigend speelt, win je het echt zelden. De koning moet dus actief spelen.
Als de verdediger op g3 wordt weggejaagd, kan de koning in de stelling naar binnen en die kan weg via Kg5 en de loper op f4. Overigens is het gunstig voor mij, dat de lopers over dezelfde kleur velden gaan: dan kan ik zijn loper telkens aanvallen en verjagen.
Principe nr.2: Bij een zwartveldige loper van je tegenstander moeten je pionnen op wit staan.
De volgende zetten had ik dus in gedachten: Kc1, xd3,xd3,Le3+, Kd1, Kg5, b3 met Lf4. Hij speelde dit niet helemaal: na Le3+ kwam Kc2, Kg5, b3, Lf4, Lf2, Lh2, Kd3, Kf4 en Ke2 waar na Lg3, Le3+ en Ke4 de volgende stelling op het bord kwam:
Ook nu heb ik volgens Fritz nog niet veel bereikt en natuurlijk heeft hij gelijk: als wit het allemaal nauwkeurig speelt, wordt het remise. Maar de stappenmethode geeft me een steuntje in de rug, want zie daar mijn koning op e4 staan: midden op het bord en met geen mogelijkheid weg te krijgen. Maar ook Chessmaster sterkt mij hier: die heeft een goed trainingsprogramma waar een grootmeester voorbij kwam die al op jonge leeftijd veel eindspelen op het bord kreeg. Niet echt mijn cup of tea, maar die leerde mij wel het volgende:
Principe nr.3: kijk zo nu en dan in je partij hoe het eindspel zou zijn als alle stukken eraf waren: als dat gunstig is, ga dan afruilen en afstevenen op het eindspel.
Kortom, als de lopers er hier af zijn, ben ik in groot voordeel: ook Fritz geeft dat aan.
Mijn tegenstander speelt hier Lg1 en Fritz slaat uit in mij voordeel. Hoezo ? Activiteit ! Op g1 kan hij niet echt meer weg (vanwege ? Ach, zien we later wel ! ). Beter was Lg5 of zelfs Lc1 om na Lf4 op b2 te gaan staan en via a4 nog velden te houden.
Nu ga ik mijn pionnen verder op wit neerzetten, zodat ze, als de stelling verder open gaat, niet kunnen worden aangevallen. Dus na c6,a4,d5 kwam Le3 en toen de winnende zet ?!
Hij is ook wel mooi: Le1 ! Als de koning slaat is na Kxe3 het eindspel volledig verloren en ook na Ld2 is het simpel. Daarom werd er gespeeld c4, Lc3, cxd5, cxd5, Lf2 en Lxd4.
Deze stelling is straal gewonnen, maar ook dan spelen volgens de principes: er kwam g6, b4?, b5! ( want weer een pion vast op een zwart veld ), axb5,axb5, Lg3, Le3 Ld6, d4, h4, d3+, Kd1. De witte koning heeft helemaal geen activiteit meer en er zijn geen zwakke pionnen meer. Na Kf3, Lc5 en Lf4 gaf zwart op.
Goed, dus via deze 3 principes ( en wat rekenwerk in mijn hoofd ) kwam ik dus al een heel eind tegen deze sterke tegenstander. Hopelijk hebben jullie er wat aan in je volgende eindspellen !